Skip to main content
Aandacht verzacht

Pijn door beknelde zenuw in de nek

Nekhernia

Pijn door beknelde zenuw in de nek

Nekhernia

Wat is pijn door een nekhernia ?

Een discus hernia of HNP (Hernia Nuclei Pulposi) ontstaat wanneer een tussenwervelschijf uitpuilt en hierdoor druk veroorzaakt op het ruggenmerg of de zenuwen.

  • Oorzaken

    De tussenwervelschijven (discus intervertebralis) zijn een soort van elastische stootkussens of ‘schokdempers’ tussen twee opeenvolgende wervels.  Door slijtage of overbelasting ontstaan kleine scheurtjes in het kapsel van de discus.  Bij de eigenlijke discus hernia gaat het het binnenste zachte deel van de discus uitpuilen door het omringende harde kapsel. Als de hernia daarbij op een zenuw drukt ontstaat uitstralende pijn in een of beide armen, dit wordt radiculaire pijn genoemd.

    In de meeste gevallen geneest de discus hernia vanzelf na verloop van tijd en verdwijnt de pijn, maar deze pijn kan erg hevig zijn en soms langer aanhouden. Bij sommige patiënten met een nekhernia is een operatie noodzakelijk om de druk op de zenuw weg te nemen, dit is met name wanneer er ook krachtverlies optreedt.

    Er zijn nog andere zaken die druk op een zenuwwortel kunnen geven, zoals:

    • Foramenstenose: artrose van de opening waarlangs de zenuwwortels uittreden
    • Anterolisthesis en retrolisthesis: het verschuiven van 2 wervels ten opzichte van elkaar, meestal door gevorderde artrose
    • Kanaalstenose: vernauwingen in het midden van het wervelkanaal door gevorderde artrose.

  • Klachten

    Pijn afkomstig van een nekhernia, straalt meestal typisch uit naar een bepaald gebied in de arm en is wisselend in heftigheid.  De voornaamste klacht is nekpijn met uitstraling naar een arm of alleen pijn in de arm. Pijn door druk op een zenuwwortel kan gepaard gaan met pijnuitstraling, tintelingen, verminderd gevoel of zelfs krachtverlies.  De klachten kunnen toenemen bij bewegingen van het hoofd of drukverhoging (hoesten, niezen, persen).

  • Diagnose

    Eerst wordt er nagegaan of er geen ernstige onderliggende ziekte de klachten kan verklaren: de zogenaamde rode vlaggen worden uitgesloten.

    De aard en het verloop van de pijn wordt volledig uitvraagd. Bij chronische pijn wordt er een inschatting gemaakt van de lichamelijke en psychologische factoren die de pijn in stand houden.

    Lichamelijk onderzoek richt zich natuurlijk op de pijnlijke zone, maar ook actief en passief bewegingsonderzoek van de nek en neurologisch onderzoek zal plaatsvinden.

    Radiologie en MRI-scan zijn meestal nodig om de aard van de beknelling in beeld te brengen en de behandelingsmogelijkheden te onderzoeken.

    In de overgrote meerderheid van de gevallen zal een spontane verbetering van de klachten optreden. Bij een normaal verloop is aanvullende beeldvorming meestal niet noodzakelijk.

    Bij twijfel over de oorzaak van de pijn kan u worden doorverwezen naar andere specialisten (neuroloog, orthopeed)

  • Behandeling

    In de eerste 4-6 weken zien we bij de meeste patiënten met een nekhernia een opmerkelijke vermindering van de pijnklachten. Er wordt in dat geval ondersteunend gewerkt met gewone pijnstillers zoals paracetamol en/of ontstekingsremmers. Ook middelen tegen zenuwpijn zoals amitriptyline, pregabaline, gabapentine, duloxetine worden gebruikt. Dit zijn medicijnen die tegen zenuwpijn kunnen helpen, naast hun oorspronkelijk gebruik tegen epilepsie en depressie. Morfine-achtige pijnstillers moeten zeer voorzichtig worden gebruikt, omdat bij misbruik verslaving en overdosering kan optreden. Soms worden ze tijdelijk ingezet om de revalidatie en oefentherapie te ondersteunen en kunnen ze daarna weer worden afgebouwd. Bij ernstige pijn door gevorderde slijtage kunnen morfine-achtige pijnstillers zoals morfinepleisters de functie en kwaliteit van leven verbeteren. Vaak worden pijnstillers gecombineerd met oefentherapie en TENS.

    Een aanvullende behandeling kan noodzakelijk zijn bij ernstige pijn die niet voldoende met medicijnen onder controle te brengen is en ook niet reageert op lokale fysiotherapie.

    Invasieve pijnbehandelingen zoals een epidurale injectie, interlaminair (op de middellijn) of transforaminaal (aan één zijde), een elektrische behandeling van een of meerdere zenuwwortels of ruggenmergstimulatie bij radiculaire pijn na nekchirurgie kunnen helpen om de pijn beter onder controle te krijgen.  Soms wordt een invasieve pijnbehandeling ingezet om een operatie te vermijden of uit te stellen.

    Voordat een invasieve behandeling uitgevoerd zal worden, wordt gekeken of er recente beeldvorming gebeurd is.

    In sommige specifieke gevallen zal een operatieve ingreep noodzakelijk blijken.

    Bij onderzoek naar en behandeling van pijn bij een nekhernia kunnen meerdere specialisten betrokken zijn. Veelal zijn dit de neuroloog, orthopeed, neurochirurg en pijnarts.

    Als het vermoeden bestaat dat de pijn naast lichamelijke klachten ook andere, niet-lichamelijke klachten veroorzaakt, worden psycholoog, psychosomatisch fysiotherapeut en Revalidatiearts gevraagd om mee te beoordelen. Het biopsychosociaal pijnmodel zal dan met u worden besproken.


"Erg fijn dat mijn pijnspecialist samen in een team zit met revalidatiearts en orthopeed om te overleggen over mijn pijn."